Dit grote gebied is een van de weinige plekken in het Land van Maas en Waal met veengrond. Hierdoor kan je veel dieren en planten tegenkomen die nergens anders tussen de Maas en de Waal te vinden zijn. Een enkeling kan je zelfs bijna nergens anders in heel Nederland vinden! Dat laat wel merken hoe bijzonder dit natuurgebied is.
De Overasseltse en Hatertse vennen is een verzameling van twintig vennen. Maar hoe is zo’n ven nou ontstaan? Daar voor moet je flink terug in de tijd. Heel lang geleden liepen de Maas en de Waal nog over dit terrein. Maar daar kwam plotseling verandering in. Beide rivieren trokken zich terug in tegengestelde richting. De Waal naar het noorden, de Maas naar het zuiden. Tijdens het verdwijnen van deze rivieren bleef er een dikke laag rivierklei achter, die ervoor zorgde dat het grondwater tussen de rivierduinen bleef staan en de vennen geboren werden.
Niet alleen de natuur is al erg oud. Er zijn hier ook zeer oude sporen van mensen gevonden, waaronder tientallen grafheuvels. Deze zijn wat minder goed te vinden, maar de ruïne van St. Walrick en de koortsboom kan je wel makkelijk bezoeken. Achter deze twee zit overigens een bijzonder verhaal, wat je kan lezen op het informatiebord naast de ruïne. Om je alvast een beetje nieuwsgierig te maken, kan ik je wel al vertellen dat er nog steeds speciale dingen gebeuren bij deze ruïne. Op een vroege lente dag, een keer per jaar, komen er “monniken” bijeen om op originele wijze Gregoriaanse liederen te zingen, ter ere van St. Walrick. Een echte aanrader om te zien! Je kan de website van koor Schola Cantorum Karolus Magnus in de gaten voor de datum waarop dit alles weer gaat gebeuren.
Hen kan je dus maar één keer per jaar horen. Gelukkig kan je op bijna elke dag wel naar een ander soort gezang luisteren in dit natuurgebied. Het zit namelijk vol met vogels. Je kan op dit moment de baltszang (lied wat vrouwtjes lokt) horen van onder andere dodaars, kuifeenden, boomklevers en verschillende roofvogels. De eerste twee vogels kan je vaak spotten op de vennen of tussen de pijpenstrootjes, een grassoort die veel aan de rand van de vennen groeit. Dit is overigens niet de enige leuke plant die je langs deze randen kan vinden. Zo kan je hier zonnedauw (roze met groen gekleurd vleesetend plantje) vinden. Maar ook veenpluis, een cypress gras dat witte pluisjes aan de top van z’n stengel produceert. Zelfs beenbreek, een zeldzame lelieachtige, groeit rond deze vennen. Als je juist wat verder van de kant rond kijkt, kan je in het vroege voorjaar bijzondere rood/oranje gekleurde mossen vinden, zoals ruig haarmos. Ook staat vanaf augustus de prachtige, paarse heide hier in volle bloei.
Van de vele planten en bloemen wordt volop geprofiteerd door alle insecten. Een aantal speciale soorten die je hier kan vinden zijn de kleine parelmoervlinder, de steppesprinkhaan (In heel Nederland bijna alleen hier te vinden!), zuidelijke glazenmaker (nee, dit is geen zuideling die glas maakt. Dit is een libel ;-)) en de tangpantserjuffer. Een ding is zeker, dit gebied staat bekend om zijn grote diversiteit aan libellen en waterjuffers. Dus wil je die graag zien, dan moet je hier zeker een keer in de zomer zijn geweest.
De amfibieën en reptielen doen het ook opvallend goed in dit gebied. Zo leven er maar liefst 11 van de 16 in Nederland voorkomende amfibiesoorten! De meest speciale is toch wel de zeer zeldzame knoflookpad.
Ook leeft de iets meer bekende heikikker hier. Deze heeft een ontzettend bijzondere kleur tijdens de paringstijd. Ze worden namelijk enkele dagen per jaar knal blauw! Dit gaat overigens binnenkort, rond eind maart, weer gebeuren. Hoor je dus gekwaak tijdens het wandelen, kijk dan even goed om je heen. Misschien zie je er dan wel een!
In dit gebied komen ook veel dieren voor die je waarschijnlijk niet snel zal tegenkomen. Zo zijn hier meerdere(!) dassenburchten en is er verschillende keren een steenmarter op een wildcamera vastgelegd. Wel kan je op zoek gaan naar de sporen van deze dieren. Een das heeft bijvoorbeeld een best brede pootafdruk. Deze bestaat uit 4 goed zichtbare streepjes van de nagels, daaronder 4 ovale kussentjes en dan een groot kussentje.
Eerlijk gezegd kan ik nog wel een paar alinea’s vol schrijven over de vennen. Maar het wordt al een behoorlijk lang stuk, dus zal ik het hier maar bij laten. De rest mogen jullie zelf gaan ontdekken. Want dingen ontdekken dat kan je zeker in dit prachtige gebied!
Goed om te weten:
- Er zijn verschillende plekken waar je hond los mag en waar het weer niet mag. Let dus op de bordjes.
- Het is misschien verleidelijk om de vennen van heel dichtbij te bekijken, maar doe dit dan op de plekken waar het mag. Staat er een afscheiding, ga er dan niet over heen en laat je hond er ook niet achter spelen. Hierdoor kunnen de vele zeldzame en niet zeldzame dieren hier in rust leven.
- Er zijn verschillende grote parkeerplaatsen langs het gebied. Zie de P’s op de kaart.
- Sinds kort is er een familiepad, dat langs een aantal mooie vennen loopt en speciaal geschikt is gemaakt voor kinderwagens en rolstoelen.
- Ruiter- en fietspadden maken dit gebied ook toegankelijk voor niet wandelaars.
- In de zomer kan de processierups in dit gebied voorkomen. Raak deze rupsen en hun nesten niet aan en houd je hond er uit de buurt!
In het vroege voorjaar kan je deze prachtige rode tot oranje plekken vinden op sommige heuvels. Het zijn verschillende soorten bloeiende mossen, waaronder ruig haarmos.
Pootafdruk van een das.
De kaart met een geschatte omtrek van het gebied.
De grote parkeerplaatsen kan je herkennen aan de blauw met witte P.
Je kan de kaart vergroten door er op te klikken.
Reactie plaatsen
Reacties